‘Het is heel fijn om als een native te kunnen spreken’

Dat je met taalonderwijs ook heel goed in de bètawereld terecht kunt bewijst Erik van Sebille. De 39-jarige oceanograaf en klimaatwetenschapper deed in 1999 eindexamen op Wolfert Tweetalig in Rotterdam, toen de tweede tto-school in ons land. Nog elke dag profiteert hij van de Engelse vaardigheden die hij toen leerde.      

Na zijn middelbare school koos hij voor een echte bètastudie: Meteorologie en Fysische Oceanologie aan de Universiteit Utrecht. Zijn Engels kon hij meteen in de praktijk brengen in zijn studie, en later in zijn werk. Zo mocht hij zijn masteronderzoek doen midden op de oceaan. Zes weken lang verbleef hij op een onderzoekschip, ergens tussen de Canarische Eilanden en Florida. Andere onderzoekswerk deed hij later in Miami, Sydney en Antarctica.  

Wat doe je nu precies in je werk?
“Ik werk nu als oceanograaf en klimaatwetenschapper bij de Universiteit Utrecht. Ik gebruik natuurkundige formules en wetten om te beschrijven hoe de oceaanstromingen lopen, en wat dit betekent voor het transport van materialen zoals plastic. Het is echt een schande hoeveel plastic er is in onze zeeën. Daar moeten we ons als mensen echt voor schamen, vind ik.”

“Je vindt het in de verste hoeken van de wereld terug. Van de diepste oceanen tot onder het poolijs van Antarctica. In mijn onderzoek kijk ik wiens plastic waar eindigt. Ik werk bijvoorbeeld mee aan een project op de Galapagoseilanden waar op de stranden plastic te vinden is van de visserijvloten om de eilanden heen.”

Waarom heb je destijds gekozen om naar een tto-school te gaan? 

“Daar waren eigenlijk twee redenen voor. Ik had behoefte aan een uitdaging, aan iets leuks en nieuws en het gymnasium leek me helemaal niks. Tegelijk leek tto me iets relevants. Het sprak me aan dat toen helemaal nieuw was. Daar dacht ik overigens aan het eind van de schooltijd heel anders over. We werden als leerlingen de hele tijd gemonitord en getoetst over hoeveel beter ons Engels was geworden in vergelijking met andere leerlingen. Je voelde je toch een beetje een proefkonijn. Daar was ik na zes jaar wel klaar mee.”  

Lees het hele interview op de website van Nuffic.

You may also like