Grip op logistiek verkeer

Onze wegen worden steeds drukker. Als we zo doorgaan, groeien de files de komende tien jaar met maar liefst 25 tot 40 procent. Dat is funest voor de logistieke sector. Daarom starten dit najaar in drie regio’s Connected Transport Corridors. Rijk, provincies, gemeenten en bedrijfsleven werken hierin samen aan oplossingen om de bereikbaarheid, veiligheid en duurzaamheid te verbeteren. ‘Uiteindelijk profiteert iedereen van een betere doorstroming op de weg.’

De Connected Transport Corridors zijn een initiatief van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). ‘We beschikken in Nederland over een uitstekend telecomnetwerk, een sterke logistieke en IT-sector en enorm veel data,’ vertelt programmamanager Paul Swaak van IenW. ‘Als we dit alles combineren en de voordelen van gecontroleerd data delen benutten, kunnen we veel meer grip krijgen op ons logistieke verkeer. In de corridors vertalen we resultaten uit eerdere succesvolle pilots, zoals slimme verkeerslichten en het voorspellen van aankomsttijden, naar praktische tools en werkwijzen. De innovatie zit hem in het nu gezamenlijk toepassen van al die oplossingen op één corridor.’

De drie regio’s, die als eerste aan de slag gaan met de corridors, zijn ook de drukste qua verkeer: Amsterdam Westkant, Groot-Rotterdam en Zuid-Nederland. Door het delen van data krijgen vrachtwagenchauffeurs advies op maat over hun positie, route en snelheid zodat ze veiliger rijden en minder onnodige kilometers maken. Ook prioritering bij verkeerslichten, het integreren van overheidsdata in logistieke planningssystemen, het voorspellen van de aankomsttijd en in konvooi rijden, zijn diensten die deelnemers van de corridors kunnen gaan gebruiken. ‘Als er een konvooi trucks aan komt, is het dankzij slimme verkeerslichten bijvoorbeeld mogelijk deze langer groen licht te geven,’ aldus Swaak. Chauffeurs krijgen zelfs meldingen over de bandenspanning. Swaak: ‘60 Procent van de ongevallen met vrachtverkeer is terug te leiden naar slechte bandenspanning. Dat leidt tot files.’

Brancheorganisaties

De transport- en logistieke sector is enthousiast. Brancheorganisatie Transport en Logistiek Nederland (TLN) en ondernemersvereniging evofenedex hebben hun intentie uitgesproken mee te doen. Wout van den Heuvel, beleidsadviseur Digitalisering en Innovatie van TLN legt uit: ‘De afgelopen twintig jaar is er veel energie gestopt in de ontwikkeling van de technologie, nu willen wij een verbindende en stimulerende rol spelen voor het bedrijfsleven.’

Het bedrijfsleven kent echter veel verschillende systemen. Elke logistieke dienstverlener werkt zo ongeveer met eigen IT-systemen. Als trucks moeten kunnen communiceren met slimme verkeerslichten of verkeersmanagementsystemen, moet er dus standaardisatie plaatsvinden (zie ook kader). Daarom wil TLN op collectief niveau het gesprek aangaan met IT-ontwikkelaars en leveranciers. ‘Zo ontzorgen we onze bedrijven en zorgen we ervoor dat informatie op een praktische en veilige manier bij de chauffeur komt,’ aldus Van den Heuvel.

Ook vanuit de Connected Transport Corridors wordt de collectiviteit gezocht. ‘Er zijn meer dan 150 IT-aanbieders van logistieke systemen. Een groot deel daarvan heeft zich inmiddels verenigd in vakvereniging DALTI. Hiermee hebben we één aanspreekpunt en kunnen we beter en eenvoudiger afspraken maken over hoe we deze ontwikkelingen vertalen naar IT-oplossingen voor het bedrijfsleven,’ vertelt Swaak.

De corridors zijn een belangrijke stap in de opschaling van technologie, vindt Van den Heuvel. Maar voordat het zo ver is, heeft de logistieke sector wel data nodig van overheid en wegbeheerders. ‘Die zijn nog niet altijd digitaal en real time beschikbaar,’ stelt Van den Heuvel. ‘Wij zijn er klaar voor, nu de overheid nog. Denk aan gegevens over lengte, breedte en hoogtebeperkingen, venstertijden en wegaf­sluitingen. Je moet chauffeurs niet verrassen als ze ergens staan. Die willen graag van tevoren weten waar ze aan toe zijn, om problemen te voorkomen.’

Datascience

Aan de digitale ontsluiting van deze data wordt hard gewerkt. Swaak: ‘We zijn nu zes maanden bezig en hebben een datasciencebedrijf ingeschakeld, die bijvoorbeeld bezig is om pdf’s te digitaliseren. We hebben een platform laten bouwen waarop wegbeheerders hun data kunnen invullen en door ons kunnen laten verifiëren. De intentie is om in september de G50 te hebben ontsloten met publieke data voor de logistieke sector.’ Sommige bedrijven zijn nog terughoudend om erin te stappen. Moet het hele systeem wel worden omgegooid voor drie, vanuit Europees perspectief gezien, kleine regio’s? Volgens Swaak heeft dat zeker zin. ‘We zitten aan de vooravond van een grootschalige uitrol. Alle provincies in ons land zijn bezig met de uitrol van slimme verkeerslichten, ongeveer 5500 in totaal. De intentie is om tweederde ervan de komende twee tot drie jaar te plaatsen. Het is een onomkeerbare beweging. De informatiestroom komt op gang. Je kunt nog een paar jaar wachten of je kunt nu meedoen.’

‘Het ontbreekt nog aan een gemeenschappelijke taal’

Connected Transport Corridors zijn een goed voorbeeld van hoe je door data te koppelen slimme dienstverlening kunt bieden. Maar eerst moet de basisdatainfrastructuur op orde zijn, stelt Roeland van Bockel, senior beleidsadviseur bij het ministerie van IenW.

‘We hebben het dan over data van Douane, Politie, Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T) en handhavende overheden. Wat we wel eens vergeten, is dat er in goederenvervoer veel verschillende partijen zijn die ieder een eigen taal spreken als het om data gaat, terwijl al die partijen wel op elkaar moeten aansluiten. Ons doel is om al die verschillende data aan elkaar te koppelen en ze daarmee uitwisselbaar en voorspelbaar te maken. Dat scheelt onnodig gedoe en kosten als een logistiek bedrijf digitaal communiceert met overheden, maar zorgt ook dat de logistieke partijen onderling hun operatie efficiënter kunnen plannen en uitvoeren.

Machine -to-machine

Waar we nu aan werken, is dat we van papier naar de uitwisseling van machine-to-machine data gaan. Veel publieke processen en procedures zijn namelijk nog niet digitaal. Dat willen we doen in samenspraak met bedrijven, want voor overheidstaken van bijvoorbeeld Douane, IL&T en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit maken we gebruik van hun data. Pas als data naadloos tussen alle partijen in de logistieke keten kunnen worden uitgewisseld, kunnen we optimaal gaan profiteren van de mogelijkheden die digitalisering biedt. Onze innovatie is dat iedereen verbonden kan en mag zijn, ook de kleinere bedrijven. We hopen in 2025 de hele systematiek om data te delen op orde te hebben. Daartoe hebben we een Digitale Transportstrategie die onderdeel is van de Goederenvervoeragenda. De komende jaren gaan we dus met de sector en overheidsinstanties flinke inspanningen zetten op standaarden, uitwisselings­afspraken, beheer van standaarden en profielen en de benodigde governance. Dat laatste betekent een helder besluitvormingsproces op strategisch niveau, een deugdelijke en open oordeelsvorming door alle belanghebbenden in de sector en het coördineren van reeds bestaande standaarden van de verschillende beherende organisaties.

Die activiteiten zijn ook weer gekoppeld aan Europese projecten waarin Nederland leidend is. Maar ook aan concrete toepassing en commercieel gebruik in de Connected Transport Corridors in het Talking Logistics-programma. Want praktijk en theorie houden we graag op elkaar aangesloten.’

Lees het artikel in de special Smart Mobility van magazine Publiek Denken.

You may also like