Meer trots en verbondenheid door coronacrisis
Tijd- en plaatsonafhankelijk werken stond al langer centraal bij verzekeraar a.s.r. in Rijnsweerd. Daarom kon het bedrijf goed doordraaien tijdens de coronalockdown. Eigen regie en keuzevrijheid voor de medewerkers leidden tot nog meer trots en verbondenheid. Nu het Kabinet opnieuw tot thuiswerken heeft gemaand zien HR-directeur Jolanda Sappelli en directeur Corporate Communicatie Boudewijn van Uden het dan ook met vertrouwen tegemoet.
Toen in maart de eerste lockdown zich aankondigde had a.s.r. net een test achter de rug van alle systemen, vertelt Sappelli. “Dat maakte dat de plotselinge omslag naar volledig thuiswerken werk technisch vrij gladjes ging. We kennen bij a.s.r. al langer het tijd- en plaatsonafhankelijk werken en stimuleren onze mensen om één of twee dagen buiten kantoor te werken. Nu moesten ineens vierduizend man gedurende langere tijd vanuit huis gaan werken. Gelukkig was onze IT dus helemaal up to date.”
Regelvrijheid
Voor de medewerkers zelf was het natuurlijk wel intensief, benadrukt Sappelli. Vooral voor ouders van jonge gezinnen of mensen die mantelzorg verlenen. “We hebben iedereen in die beginfase extra regelvrijheid gegeven om ervoor te zorgen dat onze medewerkers hun energie en inzetbaarheid op de lange termijn op peil konden houden. Medewerkers konden een paar uur per dag de tijd nemen om zich bezig te houden met privétaken als thuisonderwijs voor de kinderen, zorg voor ouders, of om even een frisse neus te halen. Zonder schuldgevoel en zonder de verplichting het in te moeten halen.”
Die regelvrijheid is ontzettend goed ontvangen. Het leidde ertoe dat Sappelli door veel concullega’s werd gebeld voor advies. Hoe controleer je of de thuiswerkers echt genoeg uren maken? Leidt het niet tot productieverlies?
Bij a.s.r. was daar geen sprake van. Sappelli: “Onze productie bleef gelijk in die periode, het verzuim daalde en de klanttevredenheid steeg flink. De regelvrijheid heeft zich dubbel en dwars bewezen. Eigen regie en keuzevrijheid waren al uitgangspunten in onze cao. Het maakt me heel erg trots dat ze ook in tijden van crisis een goed kader vormen. We hebben wekelijks een Mood Monitor uitgevoerd om vinger aan de pols te houden hoe het gaat met de mensen. De crisis heeft echt tot meer trots en verbondenheid geleid onder onze mensen.”
Cultuur vasthouden
Natuurlijk zijn er ook zorgen, bijvoorbeeld over de sociale cohesie. Daarom begon a.s.r. al in een vroeg stadium met het beperkt en geleidelijk bieden van de mogelijkheid om af en toe weer op kantoor te werken, vertelt Van Uden. Die terugkeer ging volgens hem best goed. “In de maanden dat de meeste medewerkers thuiswerkten, hebben we tijd en ruimte gehad om ons pand volledig ‘coronaproof’ in te richten. Zodat medewerkers zich er veilig en prettig voelen. Nu met deze nieuwe coronagolf zijn we weer enigszins terug bij af. Veel mensen zullen het jammer vinden om weer helemaal vanaf huis te werken. We blijven de Mood Monitor elke week doen om te voelen wat er allemaal speelt onder de mensen. Daarnaast zie je dat afdelingen events organiseren om de sociale cohesie te versterken, zoals met een pubquiz of via speeddaten. Ook hebben teams koffiemomentjes met elkaar.”
“Als we de cultuur die we met elkaar hebben opgebouwd weten vast te houden, dan zijn we goed op weg”, vult HR-directeur Sapelli aan. “Dat gevoel is versterkt door de crisis. Corona was, en is, immers onze gezamenlijke vijand.” Die eigen cultuur van a.s.r. wordt vooral ook gedragen door de inrichting van het kantoor zelf. Het is volgens Sappelli een ‘feestje’ om er te werken: “Voor elk soort werk vind je wel een geschikte werkplek: wie wil bellen kan dat bijvoorbeeld doen in speciale telefoonhokken, als je wilt bijpraten is er de worklounge en als je je moet focussen zijn er concentratieruimtes waar je je even af kunt zonderen van je collega’s. Er is een koffiecorner, een sportschool en het pand kenmerkt zich door licht en ruimte.”
Na corona is wel duidelijk geworden dat het kantoor uiteindelijk een andere functie gaat krijgen volgens Sapelli. “Het zal meer een sociale ontmoetingsplek worden, waar groepen elkaar ontmoeten voor projecten en het werken in teams”, zegt zij. “Natuurlijk blijft er altijd ruimte voor mensen om achter een bureau te kruipen, maar we gaan toe naar een meer activity-based manier van werken, een blended vorm van werken. Ik denk niet dat we ooit weer terug gaan naar vijf dagen werken op kantoor. Het zal waarschijnlijk straks fifty-fifty worden. De helft op kantoor en de helft op locatie of vanuit huis. Dat vanuit huis werken een toegevoegde waarde heeft, heeft de coronacrisis wel bewezen. Ik woon zelf in Den Haag dus was daarvoor zo’n 2,5 uur per dag kwijt aan reistijd. Minder reizen is daarnaast ook goed voor onze CO2-doelstellingen.”
Lees het hele artikel op de website van Goed op Weg.