Het begint bij biodiversiteit
Dertig procent van het land en de oceanen zou in 2030 beschermd moeten zijn, om een miljoen bedreigde plant- en diersoorten van uitsterven te redden. IUCN NL zet zich er tomeloos voor in, want natuurbehoud staat aan de basis van alle duurzame doelen, zegt Coenraad Krijger. ‘Als je biodiversiteit, water en sanitatie en klimaat niet regelt, dan gaat de rest ook niet slagen.’
Al sinds zijn jeugd is Coenraad Krijger een echt natuurmens. Het was dan ook een logische stap om in Wageningen biologie te gaan stude- ren, waarna hij veldonderzoek uitvoerde in Afrika, het Midden-Oosten en Latijns-Amerika. Bij de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) deed hij ervaring op met beleid en internationale samenwerking – ervaring die hij sinds 2016 inzet voor IUCN NL, de Nederlandse tak van de wereldwijde natuurorganisatie, bekend van de Rode Lijst van bedreigde soorten.
Hoe werkt IUCN NL als natuurorganisatie op het gebied van ontwikkelingssamenwerking?
‘Als je kijkt naar de meer traditionele ontwikkelingssamenwerking,’ zegt Krijger, ‘dan gaat het vaak om het stimuleren van economische ontwikkeling. Vanuit het oogpunt van natuurbescherming gezien gaat het dan bijna altijd om ontginning: de natuur temmen en akkers maken en cultiveren, zodat economische groei mogelijk is. Die ontwikkeling is meestal op de directe behoeften van mensen gericht, waarbij de lange termijn wordt vergeten. Tegenwoordig zie je gelukkig dat het steeds vaker om het herstel van de natuur gaat, of het behoud van de natuur om de lokale ontwikkeling mogelijk te maken.’
‘Werkte IUCN NL voorheen vooral aan ecosystemen en de groene omgeving, nu kijken we naar alternatieven, naar andere manieren van zorgen voor levensonderhoud. Daarom richten we onze bescherming vaak op inheemse mensen die in en om een natuurgebied wonen. Zij kijken anders naar de natuur dan wij in Nederland. Dáár ga je vaak niet voor je plezier de natuur in, er zijn ziekten en gevaarlijke dieren. Er komen olifanten uit, die je gewassen vernielen. Daarom is het zo belangrijk om kennis op te bouwen en uit te dragen over hoe belangrijk natuurbehoud is en die kennis mee te nemen naar je projecten. Het heeft geen zin om een natuurgebied met een hek af te sluiten en “bekijk het maar” tegen de lokale bevolking te zeggen. Dat is geen oplossing en het is niet ethisch.’
Hoe ziet u de rol van IUCN NL versus die van maatschappelijke organisaties in Afrika, Azië en Latijns-Amerika?
‘Als natuurbeschermingsorganisatie werken we al meer dan 25 jaar wereldwijd samen met lokale organisaties die natuur beschermen, beheren of opkomen voor mensen die afhankelijk zijn van natuur. Daarbij hebben we oog voor de lokale situatie en laten daar inter- nationale netwerken en perspectieven op aansluiten. Zo hebben we al twintig jaar een landaankoopfonds, met steun van de Nationale Postcode Loterij. We kunnen het zo mogelijk maken dat lokale organisaties land aankopen voor bescherming van bedreigde soorten en ecosystemen. De voorwaarde is dat het een strategische ligging heeft voor de verbinding van natuur. Dat levert erg gave, concrete resultaten op. Omdat de organisaties lokaal zijn verankerd, staat er geen spanning op – het is van de gemeenschappen zelf. Hun kinderen groeien er op, ze starten er projecten in het ecotoerisme.’
Lees het hele artikel in pdf.
Of de hele special van Vice Versa over topsectoren 2021/2022.