Nieuwbouw in de Utrechtse wijk Vleuterweide.

Bouwproductie is veelkoppig monster

Er worden veel te weinig sociale huurwoningen en tijdelijke woningen gebouwd om de tekorten op de woningmarkt op te lossen. Vooral vergunningen, bezwaarprocedures en aanbestedingen lijken nog steeds de boel te vertragen. De Taskforce Nieuwbouw Woningcorporaties luidt de noodklok. ‘We lopen achter en dat moeten we ons niet zomaar laten gebeuren.’

Nederlandse woningcorporaties willen meer en sneller sociale huurwoningen bouwen. Zij hebben voor 150.000 woningen aanvragen ingediend bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) om gebruik te maken van de Regeling Vermindering Verhuurderheffing Nieuwbouw (RVVN). Dankzij deze regeling krijgen woningcorporaties korting op de verplichte verhuurderheffing als zij deze woningen bouwen voor 2026. De Taskforce is opgericht vanuit de samenwerking van corporaties, gemeenten, provincies en het rijk om de nieuwbouw van deze woningen te monitoren en waar nodig aan te jagen.

Vertraging

Nu anderhalf jaar staat de teller nog maar op ongeveer 10 procent van de te halen aantallen woningen. 72 Procent van de woningen beschikt nog niet over een onherroepelijke omgevingsvergunning die de bouw mogelijk maakt. Als er niks gebeurt, dan zal in 2026 maar een derde zijn gerealiseerd, waarschuwde de Taskforce eind vorig jaar in haar eerste rapportage.

Daaruit bleek dat 17 procent van de sociale huurbouw vertraging heeft opgelopen, en 14 procent is afgevallen. Ook is er nog geen kwart van de beoogde 10.000 tijdelijke woningen gebouwd. De doelaantallen zijn gebaseerd op wat woningcorporaties hebben opgegeven. Voor deze woningen zou zowel al plek als financiering zijn. Dat bleek tegen te vallen.

‘Tussen bedenken waar de plek is en het daadwerkelijk daar ontwikkelen moet nog veel gebeuren,’ legt Hein de Haan uit, wethouder Ruimtelijke Ordening, Volkshuisvesting, Wonen van gemeente Leeuwarden en lid van de Taskforce. ‘Een deel was de grond bleek nog niet geregeld. Er lag bijvoorbeeld geen bestemmingsplan op, of er moeten nog allerlei planologische procedures, beleidsmatige afwegingen of democratische besluitvormingsprocessen plaatsvinden. Zo ontstaat er vertraging, en kost het veel meer tijd dan we ons kunnen veroorloven.’

Lees het hele artikel in het e-zine van Publiek Denken.

You may also like