‘Nederland als bruisende en vitale stad’

De grote steden in ons land blijven groeien en spelen een steeds belangrijkere rol voor onze welvaart en werkgelegenheid. In kleinere steden in ons land zien we juist leegstand en staat het aantal toeristen, bewoners en ondernemers onder druk. Door meer een stedennetwerk te vormen kan heel Nederland profiteren van de groei van steden, pleit Erik te Brake, projectleider stad van de campagne NL Next Level. “Als één stad kan Nederland zich beter onderscheiden.”

De stad is een van de thema’s van deze landelijke campagne, die VNO-NCW samen met MKB Nederland en LTO-Nederland afgelopen zomer lanceerden. Met de campagne willen de organisaties uiteindelijk eind dit jaar een visie neerleggen voor een nieuw perspectief voor Nederland, waarmee we tot de wereldtop blijven horen.

eriktebrake

Erik te Brake, projectleider stad van de campagne NL Next Level.

Wat is het idee precies achter de campagne?
Erik te Brake: “Vanuit de brede groep werkgevers en ondernemers willen wij het kabinet de urgentie meegeven dat in de snel veranderende wereld er allerlei grote maatschappelijke uitdagingen zijn waar we samen als overheid en bedrijfsleven in moeten investeren. Denk aan de energietransitie, vergrijzing, immigratie en digitalisering van onze maatschappij. Veel van die uitdagingen vind je in steden. Er is een grote trek naar de steden, het aantal toeristen groeit, net als het aantal buitenlandse kenniswerkers. Niet voor niets worden steden steeds meer erkend als de economische motoren van ons land. Maar naast de verschillende agglomeratievoordelen die steden bieden, zijn er tegelijk ook uitdagingen.”

Middelgrote steden moeten zichzelf opnieuw uitvinden, is jullie boodschap?
“Ja, kijk bijvoorbeeld naar thema’s als vergrijzing en de trek naar de steden. Dat heeft een enorme impact op de soort woningen die nodig zijn en op de randen van de Nederland, waar jonge mensen steeds meer wegtrekken. In die delen van het land is het voor bedrijven lastig om mensen te vinden. Die gemeenten daar kennen een leegloop, maar ze moeten wel blijven voorzien in zorg en woningen. Je ziet deze gemeenten daarmee worstelen. Want wat is nog hun toegevoegde waarde naast die dichtbijgelegen grote stad? Hoe kun je je eigen stad bruisend houden en alle voorzieningen blijven bieden?”

Die ontwikkeling is volgens jullie dus een risico voor de stabiliteit van ons land?
“Ja, zeker als je vergelijkt met wat er internationaal allemaal gebeurt. Kijk bijvoorbeeld naar Engeland waar de bevolking onlangs voor Brexit instemde. In Londen en andere grote steden was de meerderheid pro-Europa, maar buiten die steden zie je de groep mensen, die het gevoel heeft dat ze niet kan mee profiteren van de kansen die er zijn, steeds groter worden. Dat is ook in Nederland het geval.”

Wat wil NL Next Level hier dan precies aan doen?
“Onze boodschap is dat we de groeikansen van de Nederlandse steden moeten benutten, door het aantrekken van talent, de ontwikkeling van smart city technologie om de steden leefbaar te houden. Maar, zeker net zo belangrijk, is dat we ervoor zorgen dat de kleinere steden ook meeprofiteren. Daarvoor moeten we beter gebruik maken van onze kracht: eigenlijk is Nederland een uniek polycentrisch stedennetwerk, dat bestaat uit kleine dichtbij elkaar gelegen steden. Daarmee moeten we ons als Nederland onderscheiden en beter positioneren. Dat kunnen we doen door ervoor te zorgen dat die steden elkaar niet beconcurreren maar onderscheidend zijn en samenwerken, en door ze beter met elkaar te verbinden met openbaar vervoer en infrastructuur.”

Hoe dan?
“Het Rijk moet eerst met een visie komen. Nu laat ze het beleid heel erg over aan de steden en dorpen zelf. Die hebben groei centraal daarbij staan, maar ze werken niet altijd even goed samen. Gemeenten in dezelfde regio concurreren bijvoorbeeld met elkaar om retail aanbod, terwijl ze juist moeten gaan samenwerken. Bij die visie hoort ook een investeringsimpuls vanuit het Rijk. Middelgrote steden en dorpen moeten immers een transitieslag maken om bewoners, bezoekers, toeristen en ondernemers te kunnen blijven aantrekken. En zo de nodige voorzieningen en stabiliteit blijven bieden aan hun inwoners. Het antwoord dat gemeenten en ondernemers het zelf uitzoeken, denk aan de decentralisatie, gaat voorbij aan de urgentie en de noodzaak van een nationale en regionale strategie voor steden en dorpen.”

Waar ligt de rol van het Rijk dan?
“Grootschalige transformaties in de stad komen niet of moeizaam van de grond. In dat geval kan het Rijk zorgen voor versnelling, om de nodige woningen te realiseren en winkels te transformeren of te verhuizen. Dat geldt ook voor het aantrekken en spreiden van toerisme. Hiervoor ligt een plan HollandCity klaar, maar de financiering ontbreekt nog. We moeten ervoor zorgen dat ook de kleinere steden beter bereikbaar zijn en ook interessant worden voor toeristen. Op basis van hun eigen unieke DNA. Daarbij helpt het om verbindingen te verbeteren en één gebruiksvriendelijke en betaalbare OV-pas voor heel Nederland in te voeren. We hebben immers genoeg interessante historische kleinere steden. Veel steden zijn bijvoorbeeld ook los van elkaar bezig met pilots voor smart cities. Het Rijk zou daar wat meer regie over kunnen voeren, en meer in kunnen investeren. Dit kan dan weer verder worden ontwikkeld door ondernemers en gemeenten. Zo gaan we de kansen van groeiende steden benutten, en kunnen middelgrote steden en dorpen daarvan meeprofiteren. Het eventuele risico op een tweedeling kunnen we zo vermijden. Dit willen wij op de politieke agenda zetten. Op 24 oktober organiseren we een bijeenkomst met politici, gemeenten, provincies en experts. De input uit deze bijeenkomst gaan we gebruiken voor een publicatie die richting kabinet gaat.”

Er zijn heel veel overeenkomsten in jullie campagne met Agenda Stad. Hoe past dit bij elkaar?
“Ik zie Agenda Stad als een soort eerste zet die is gemaakt, waarin steden kijken wat ze samen kunnen doen aan maatschappelijke vraagstukken en wat ze daarin van elkaar kunnen leren. Daar hebben ze afspraken over gemaakt in City Deals. De NL Next Level-aanpak moet dat versnellen en versterken. Agenda Stad is bovendien nog een beetje een overheidsfeestje. De Agenda Stad is goed bezig op allerlei terreinen wat ons betreft, maar we zouden nog wel wat meer ondernemers erbij betrokken willen zien.”

nlnextlevel_logo-1500x300

Gepubliceerd op de website van Agenda Stad.

You may also like